Frequently Asked Question
Het huidige logische gegevensmodel voor Vaccinatie, zoals
gepubliceerd in v1.0 van de INAMI-RIZIV Vaccinatie Business rules, is het
volgende:
Kardinaliteiten uitgelegd
Kardinaliteit | Definitie |
0..1 | Geen verplichte instantie maar ten hoogste één instantie (het element is facultatief) |
1..1 | Eén en slechts één mogelijk instantie (element is verplicht) |
0..* | Geen instantie of meerdere (het element is facultatief, maar geen beperking in het aantal) |
1..* | Ten minste één instantie is verplicht, maar er is geen limiet aan het aantal |
0..n | 0 instanties minimum, n gevallen maximum (n is een geheel getal) |
1..n | 1 instantie minimum, n gevallen maximum (n is een geheel getal) |
Beschrijving van elk element van het model
Item | Cardinality | Description | FHIR item |
RecordedDate | 1 .. 1 | Datum van codering van de vaccinatiegegevens door de Recorder. | Recorded |
Patient | 1 .. 1 | Is de unieke identificatiecode van de patiënt. De unieke identificatiecode moet het rijksregisternummer (INSZ) van de patiënt of het BIS-nummer zijn. | Patient |
Vaccination Request | 0 .. 1 | Verwijst naar een eventueel elektronisch voorschrift (dit element stemt overeen met de identificatiecode van het elektronische voorschrift (RID-code)). | Vaccination- originalOrder (extension) |
Recorder | 1 .. 1 | Is de unieke identificatiecode van de zorgverlener die de verantwoordelijkheid voor de gecodeerd inhoud op zich neemt. De unieke identificatiecode moet het rijksregisternummer (INSZ) of BIS-nummer van de zorgverlener zijn. | Recorder (be.extension) |
Performer | 0 .. 1 | Is de unieke identificatiecode van de gezondheidswerker die het vaccin heeft toegediend. De unieke identificatiecode moet het rijksregisternummer (INSZ) of het BIS-nummer van de zorgverleners zijn wanneer het INSZ of BIS-nummer bestaat. Zo niet, dan kan andere identificerende informatie worden gecodeerd. Bijv.: RIZIV-nummer, naam en voornaam, identificatiecode voor buitenlandse zorgverleners… | Performer |
Vaccine Code | 1 .. 1 | Is de naam van het pathogeen (de pathogenen) dat (die) door het toegediende vaccin wordt (worden) gedekt. Bv. cholera, rubella... Het zal in SNOMED CT worden gespecificeerd (lijst: zie Value Set) | VaccineCode |
Protocol Applied | 0 .. 0 | Referentie naar een vaccinatieprogramma (ONE-programma...). Dit element zal niet worden gebruikt vanuit functioneel oogpunt (in versie 1). | ProtocolApplied. series |
VaccineType | 0 .. 0 | Type vaccin (primair of herinnering).Dit element zal niet worden gebruikt vanuit functioneel oogpunt (in versie 1). | ProtocolApplied. DoseNumberString |
Sequence Number | 0 .. 0 | De vaccinbeheerder moet de volgorde van de ingespoten dosis (1e dosis, 2e dosis, ...) in numerieke vorm aangeven. Bijvoorbeeld: 1 voor de eerste injectie, 2 voor de tweede injectie...). Dit element zal niet worden gebruikt vanuit functioneel oogpunt (in versie 1). | ProtocolApplied. DoseNumber PositiveInt |
Reliability | 0 .. 0 | De betrouwbaarheidsgraad van de ontvangen informatie van de patiënt (authentieke of gerapporteerde gegevens), of het nu gaat om de performer, het toegediende vaccin en/of de datum van toediening. Dit element zal niet worden gebruikt vanuit functioneel oogpunt (in versie 1). | Vaccination. ConfirmationStatus (Be.extension) |
Administration Date | 1 .. 1 | Datum van toediening van het vaccin door de Performer. De datum moet in dag/maand/jaar-formaat zijn. Voor een datum die niet precies bekend is, staat het systeem toe dat onvolledige data worden ingevoerd, zoals gespecificeerd in FHIR : Een datum, datum-tijd of gedeeltelijke datum (b.v. alleen jaar of jaar + maand) zoals gebruikt in de menselijke communicatie. Het formaat is YYYY, YYYY-MM, YYYY-MM-DD of YYYY-MM-DDThh:mm:ss+zz:zz | Occurrence(x) |
Product | 0 .. 1 | Is de naam van het toegediende vaccin (bv. Prirorix of MMr-Vax-PRO vaccin tegen mazelen, bof en rodehond). Het zal worden gedefinieerd door een uniek nummer dat het toegediende product definieert zoals het te vinden is in de authentieke SAM V2-geneesmiddelenbron. Bij voorkeur moet eerst de CTI-Extended worden gebruikt, zo niet de CNK, zo niet de ATC. De CTI-Extended heeft het voordeel dat hij alle geneesmiddelen vertegenwoordigt die in België in de handel worden gebracht en door het geneesmiddelenagentschap zijn erkend. De CNK is niet altijd aanwezig. Aangezien dit element niet verplicht is, zal in het geval van een buitenlands vaccin, het product niet worden vermeld. | administered Product (be.extension) |
Route | 0 .. 1 | Is de wijze van toediening waarmee een vaccin met het organisme in contact wordt gebracht. | Route |
Status | 1 .. 1 | Geeft de status van de registratie aan. | Status |
LotNumber | 0 .. 1 | Het lotnummer van het vaccin. | LotNumber |
Expiration Date | 0 .. 1 | Vervaldatum van het vaccin. | ExpirationDate |
Reason Status | 0 .. 1 | Geeft de belangrijkste reden aan waarom het vaccin niet werd toegediend (in geval de status Not-done is). | StatusReason |
Location | 0 .. 1 | De plaats waar het vaccin werd toegediend (bv. bij de patiënt thuis, in het ziekenhuis, bij ONE of Kind&Gezin, in de praktijk van de kinderarts, ...). De plaats van vaccinatie kan ook worden gecodeerd via het erkenningsnummer, RIZIV... | Vaccination-Location (be.extension) |
Reaction | 0 .. * | De reactie op een vaccinatie is de manifestatie die niet meer dan 30 minuten na de toediening van het vaccin optreedt. | Reaction |
Dose Quantity | 0 .. 1 | De proportie van de dosis product dat tijdens de vaccinatie wordt toegediend (uitgedrukt in decimalen). Bv. 1,0 voor een volledige dosis (standaardwaarde), 0,5 voor een halve dosis… | DoseQuantity |
BodySite | 0 .. 1 | Het deel van het lichaam waar het vaccin werd toegediend. | Site |
Body Laterality | 0 .. 1 | De lateraliteit van de BodySite. | To add |
Note | 0 .. * | Bijkomende informatie. | Note |